Metrum
Om de hoek van de Blauwhuisstraat
is de cirkel enkel krom
voor de wakkerste kijker.
Met tegenwijzerzin*
dwalen de tandwielcijfers
door ‘t spoor van de laatvloeier*
die tekens aan de wand kraait.
Links lonkt rechts; drie wordt vier;
negen keert de rug met irrationele schreden
tot Eenieder d’ hand omdraait:
we wijken immer verder af…
Langs en voorbij kromme-wegen*
valt met de zegen van Fortuna
slechts bitterzoet te rijmen.
Daar de spinrok der Moirai[1]
de stemming een eigen draai gaf.
Daar de wekker van ‘t brocariaat*
zich niet met #AbsoluteCijfers mat
maar in aardsmoderne* talen zweeg.
Of hoe de Kloekloeksklos*
– hier in Waartou slinks en glad
de hekel aan het metrum reeg*.
Tekst en foto: eerder verschenen in Blauwblad No. 03, juni 2021 (p.12-13).
Voetnootje:
[1] Ananke: personificatie van noodzaak/onvermijdelijkheid. Symbool is de knoop; attribuut is de spinrok (stok om wol of vlas te spinnen, ook ‘toverstaf’). De schikgodinnen (Moirai) die haar bijstaan zijn Klotho (spint den draed), Lachesis (meet den draed) en Atropos (knipt den draed door).
TAGS
De Pekvogel
Oskar ‘Voor’ de Pekvogel had weer malchance. Vorige week kreeg hij nog te krampen* met licht ontvlambare dampen, tot plots bleek dat de nood hoger was dan de hoogste tak.
Doolhof der Kalverliefde
Het los en dom gewoel dat jonge lieden plegen,
Is juist gelijck een hof met duysent omme-wegen;
Een hof, een lustig hof, en konstigh afgemaelt,
Een hof, een listigh hof, waerin Eenieder dwaalt;...
Tuinhuis van de Dichter
Het volstaat om langs de voordeur het vakantiewit te betreden, 12 tot 13 passen rechtdoor te gaan en met de achterdeur het portaal weer af te sluiten. Zo stranden we bij het Tuinhuis van de Dichter. De kust is veilig: de valse reiger Narcissus valt nergens te bespeuren.
Opkrikkertje
Er gerst* ons in Waartou enkel nog 'n getikt moment te vinden om spraakwater op te krikken, onze #AirCrafts op te laden, d'hoge gisting op te winden, een schol aan de haak te slaan.
#AirCrafts
Moe maar door daad en stuur aangeroerd*, staarden we de laatste avond tegemoet. Onze ogen leeggezogen, de blauwe veren (bijna) leeggepend, waren we weer bij 't begin geland: naast de nieuwe begraafplaats. De gevleugelde zandloper heeft zijn zin gekregen. Ananke haar groot gelijk.