‘Furentem quid delubra iuvant?’
Terwijl de aap rechtop, als met mensen schreden,
Heel deftig op de maat van ’t spel vooruit zou treden
Zodra Eenieder wat noten werpt in den hoop
De aap die dat ziet, haast zich vlug op de loop
En of het de meester speet, en hem heeft verdroten
De sim verlaat de dans, en grabbelt naar de noten
Wat baat het als men schoon ‘t volk wil brengen tot eer
De aap blijft een aap en gaat zijn oude keer.
Tekst en afbeelding:
Jacob Cats: Furentem quid delubra iuvant?
Zinnebeeld uit ‘Sinne- en Minnebeelden’, 1627 (XXXXII)
Voetnootje:
Jacob Cats (1627): Sinne- en Minnebeelden. Vrije vertaling van een fragment uit de tekst bij emblema ‘Furentem quid delubra iuvant?‘. De letterlijk vertaling van deze Latijnse spreuk brengt weinig helderheid. De tekst en de prent duidt min of meer op het principe dat “een aap/mens zijn (impulsieve) streken en kuren (weer) naar boven komen zodra hij in de verleiding wordt gebracht.” Knipoog naar het tentoonstellingsproject en de publicatie WORK FLOW – A Play with Arts, Apes and Crafts. Dit was een van de drie #MadCats emblemata waar we de mosterd haalden voor het ‘Potluck Kunstenfestival’ ten Blauwenhuize (mei 2021: Sint-Niklaas).
*Eerder verschenen in Blauwblad No. 02, mei 2021.
TAGS
Doolhof der Kalverliefde
Het los en dom gewoel dat jonge lieden plegen,
Is juist gelijck een hof met duysent omme-wegen;
Een hof, een lustig hof, en konstigh afgemaelt,
Een hof, een listigh hof, waerin Eenieder dwaalt;...
Opkrikkertje
Er gerst* ons in Waartou enkel nog 'n getikt moment te vinden om spraakwater op te krikken, onze #AirCrafts op te laden, d'hoge gisting op te winden, een schol aan de haak te slaan.
Zwarte Sneeuw
Wanneer de winter kuren krijgt
en de oceaan aan haar lippen
met de gasprijs en de cijfers
tot ver over de klippen stijgt
- trek dan die deur dicht!
Vooruitzwichten*
Het is u vast niet ontgaan dat de energieprijzen de pan uit rijzen en aangezien wij ten Blauwhuize* dag in dag uit overmatig veel energie investeren om smaakvolle parels voor de zwijnen aan onzen draed te rijgen, zien wij ons genoodzaakt om onze tijdrovende gulheid jegens Blauwblad wat in te perken.