Twinkle
Toen we op zondag 4 juli (na het feestrijke openingsweekend van het kunstenfestival en een kort verblijf bij Jannik in de Blauwhuisstraat) een tweede keer[1] dwars door het venster aan de Kleine Markt stapten om een kromme-weg* huiswaarts te nemen, zorgde De Cleyne van Waartours nog voor een onverwachte verleiding (met klemtoon op ‘vér’ zoals dat hoort in Wáártou). Den zilveren draed van Ariadne had ons weer naar een nieuw doolhof geleid.
We hoorden een donkere zee van huisjesslakken kraken onder onze voeten; Ergens klonk muziek van dEUS (‘Following Sea‘); en we zagen fonteinen uit riooldeksels bruisen (een voorteken van de zondvloedige zomer?) tot we – als in een knip – uit een raam kropen in de Opperstraat (nr. 63) van Moerbeke-Waas… of all places!
Hier waren we kortelachs* nog geweest om naar aanleiding van een bescheiden kunstproject #FieldWork te verrichten en #WithinWalkingDistance het dorpskernlandschap af te dwalen*. De Sint-Antonius Abtkerk, alwaar Blauwhaus eventueel iets zou kunnen realiseren, bleek immers gebouwd bovenop de fundering van #OudeTorens en daar kunnen wij nimmer[2] aan weerstaan.
Wat Blauwe Wolk tijdens zijn dorpsintrede al meteen was opgevallen, waren de krinkelende gele heksenletters boven een lege vitrine in de Opperstraat: TWINKLE. In dezelfde straat, amper twee huisnummers voorbij het raam (waaruit wij herboren werden), had hij een logo met schaar en kam gezien: een ‘teken’ dat ‘t zwart schaap Atropos[3] voor zijn immer heen-en-weer flitsende en vaak overprikkelde geest bracht.
In de Sint-Antonius Abtkerk (waar ‘t varken Sneeuwbal[4] rust?) had Blauwe Wolk in het houtsnijwerk van de preekstoel een gevleugeld kinderhoofd opgemerkt dat hem herinnerde aan de Tarotkaart ‘Twee van kelken’ uit de Rider-Waite kaarten set.
De vegetale vorm van het poortbeslag werd gevectoriseerd tot contourlijn en houdt nu als zilverwerk de cover van dit Blauwblad samen. Isabel hertekende en bevrijdde de zwanen van ‘t juk der ‘zwanenbanken’ langs een ‘voormalige spoorlijn’, etc… In navolging van de ‘grafische stempelsporen’ die we in het Waartoublad achterlieten, maakten we met dergelijke ‘aanwijsbare’ plaats-specifieke (grafische) elementen een gestileerde ‘collage’ die met witte beletteringsfolie op het raam in de Opperstraat werd gekleefd (zie p. 8-9).
Voor de ‘Blauwhauspresentatie’ in de kerk, werd het ‘Frame Work (Window of Opportunity)‘ van Wim Wauman uit 2016 aangepast en ingezet als verbindende structuur voor een compositie met werk van Madeleine Wermenbol, Warre Mulder en een geanimeerde projectie i.s.m. Isabel Bouttens. Iets verderop plaatsten we de Hoge Hoed met Pluimen en Streken[5] in een fraaie biechtstoel en we integreerden nog een tweetal weefwerken van Madeleine op welgekozen plaatsen verspreid door het historische gebouw.
Tekst en afbeeldingen: eerder verschenen in Blauwblad No. 04, november 2021 (p. 08-15).
Voetnootjes:
[1] Blauwblad No. 03/Waartoublad, p. 11.
[2] Blauwblad No. 00; p. 4-5, 18-19 / Bb No. 03/Waartoublad, p. 29
[3] Blauwblad No. 03/Waartoublad, p. 30-31.
[4] Blauwblad No. 00, p. 28-29.
[5] Eva Verbruggen en Wim Wauman voor Blauwhaus: Hoge Hoed met Pluimen en Streken, 2021. Zie Blauwblad No. 02, #22.
TAGS
De Pekvogel
Oskar ‘Voor’ de Pekvogel had weer malchance. Vorige week kreeg hij nog te krampen* met licht ontvlambare dampen, tot plots bleek dat de nood hoger was dan de hoogste tak.
Tuinhuis van de Dichter
Het volstaat om langs de voordeur het vakantiewit te betreden, 12 tot 13 passen rechtdoor te gaan en met de achterdeur het portaal weer af te sluiten. Zo stranden we bij het Tuinhuis van de Dichter. De kust is veilig: de valse reiger Narcissus valt nergens te bespeuren.
Vooruitzwichten*
Het is u vast niet ontgaan dat de energieprijzen de pan uit rijzen en aangezien wij ten Blauwhuize* dag in dag uit overmatig veel energie investeren om smaakvolle parels voor de zwijnen aan onzen draed te rijgen, zien wij ons genoodzaakt om onze tijdrovende gulheid jegens Blauwblad wat in te perken.